Ganzenstand moet weer beheersbaar worden
"Nu ingrijpen voorkomt erger”. Dat was de kern van de bijdrage die Statenlid Henk van Dieren gaf bij een onverwacht debat over de ganzenproblematiek. Gedeputeerde Staten hadden een paar dagen voor het debat laten weten dat de uitwerking van het vastgestelde beleidskader op enkele punten zal worden aangescherpt.
De uitwerking van het provinciaal Ganzenbeleidskader bevatte nog een paar onduidelijkheden. Een van de Statenfracties had daarom agendering gevraagd. De toezegging van Gedeputeerde Staten (GS) na behandeling van dit onderwerp in de Statencommissie van de voorafgaande week, was voor de ChristenUnie&SGP-fractie echter duidelijk genoeg.
Van Dieren stelde vast dat de schade aan gewassen, natuur en onder de weidevogels steeds groter wordt. De door de provincie gewenste en gefinancierde biodiversiteit wordt geschaad Dat is geldverspilling. "Al te lang is er te weinig gedaan om de ganzenstand beheersbaar te houden. Daarom is nu een geforceerde aanpak noodzakelijk. Daarbij is een dieronvriendelijke aanpak niet meer te vermijden”.
Van Dieren vroeg om positieve aandacht voor de trekganzen en de winterrust terwijl waar nodig en zo mogelijk de exoten bestreden dienen te worden. Volgens GS worden meer ingrijpende maatregelen alleen toegepast als minder ingrijpende maatregelen onvoldoende effect hebben en omgekeerd moet er ook afgeschaald kunnen worden.
Nadat het landelijk vastgestelde Ganzenakkoord eind 2013 was gesneuveld hebben de provincies voor de beheersing van de al maar groeiende ganzenpopulatie een eigen beleid ontwikkeld. Ook Zuid-Holland heeft nu haar eigen Ganzenbeleidskader dat veel overeenkomsten vertoont met het gesneuvelde landelijk Ganzenakkoord uit 2013.